Betaalbaar wonen
Net als in andere steden wordt wonen alsmaar duurder in onze stad. We zagen de laatste jaren een stijging van de prijzen op de koop -en huurmarkt. De afgelopen 10 jaar stegen de woningprijzen in onze stad met maar liefst 42%. De nieuwbouw van verschillende appartementencomplexen, waaronder luxe-appartementen, draagt bij aan deze sterke stijging. Daartegenover stagneert het aantal sociale woningen in onze stad. De afgelopen legislatuur kwamen er bijna geen sociale woningen bij en nam het aantal leegstaande sociale woningen sterk toe. De wachtlijsten zijn ondertussen met 20% gegroeid.
Wat wij willen
Eén. Een actieve stedelijk vastgoedpolitiek
- Geen verkoop van stadsgronden en stadsgebouwen aan projectontwikkelaars detail
- Oprichten van Diestse woonunie, die het woonbeleid in handen neemt
- In elk groot bouwproject eisen we minstens ⅓ betaalbare woningen en ⅓ sociale woningen
Visie
We verbieden de verdere verkoop van stadsgronden en stadsgebouwen. Om daadwerkelijk voor alle inwoners de nodige huisvesting te voorzien, zal de gemeente moeten ingrijpen op de woonmarkt. Alles overlaten aan de privémarkt en projectontwikkelaars leiden onvermijdelijk tot onevenwicht en tekorten. Projectontwikkelaars en bouwbedrijven focussen op de hogere inkomens en zorgen voor een oververhitting van de prijzen. De Watersnip, met 104 luxe-appartementen en 8 penthouses aan het Schaluinveld is daar het beste voorbeeld van. Wij willen dat de woningen in Diest betaalbaar blijven. Daarom vinden we dat nieuwe woonbouwprojecten moeten bestaan uit ⅓ betaalbare woningen en ⅓ sociale woningen. Wie dit niet wilt voorzien, kan geen vergunning krijgen om te bouwen.
Er moet veel meer gebruik gemaakt worden van voorkooprecht. Via voorkooprecht, heeft de stad als er gronden of panden worden verkocht, voorrang op anderen om die aan te schaffen. Op die manier kan de stad dus gronden en panden verwerven om er sociale en betaalbare woningen van te maken en is ze niet afhankelijk van de private markt. Zo voorkom je ook mogelijke speculatie. We willen gronden niet enkel in handen laten van grote projectontwikkelaars
Twee. Een Diestse woonunie om de sleutels van het woonbeleid in handen te nemen
- De stad zet meer in op het aanwerven van gronden via verkooprecht
- De woonunie staat in voor de bouw, renovatie en isolatie van woningen
- Collectieve isolatie van woningen wordt mogelijk gemaakt via een derde betalersregeling
Visie
Om die actieve politiek in de praktijk om te zetten, moet het woonbeleid echt in handen van de stad komen. Wij willen een Diestse woonunie oprichten om enerzijds zelf gronden aan te kopen en betaalbare woningen te bouwen en anderzijds het isoleren van woningen voor iedereen mogelijk te maken. We gebruiken de stad Wenen als voorbeeld hoe zo een woonbeleid er moet uitzien. Zij zijn zelf de grootste huisbaas van de stad met prijzen die variëren van 330 (1 slaapkamer) tot 750 euro (vier slaapkamers). De stad baat zelf 220.000 ‘gemeenschapswoningen’ (Gemeindebau) uit en subsidieert ook nog eens 200.000 woningen die aan strikte kwaliteitsnormen moeten voldoen en verhuurd moeten worden aan een lage prijs.
We richten een Diestse woonunie op. Deze Woonunie zal meer doen dan alleen het beheer van sociale woningen in tegenstelling tot de woonmaatschappijen die we vandaag kennen. Ze wordt het commandocentra van waaruit de gemeenschap het hele woonbeleid kan bepalen. De Woonunie geeft het ritme aan voor alle leden van het orkest, van architect tot bouwfirma. Maar de inwoners schrijven de partituur wel zelf.
De Diestse Woonunie moet democratisch en transparant werken. De vergaderingen ervan zijn integraal te volgen via livestream en de documenten zijn openbaar. In een publiek register worden alle contacten met private ondernemingen bijgehouden. De algemene vergadering verkiest de bestuursleden en kan ze ontslaan als gesjoemel wordt vastgesteld. De raad van bestuur kan net zoals in Wenen worden voorgezeten door de schepen van Huisvesting en bevolkt worden door verschillende belangengroepen: jongeren, senioren, huurders, milieuorganisaties, vakbonden... Inspraak en transparantie zijn noodzakelijk om vriendjespolitiek en belangenvermenging te vermijden. De Woonunie kan dan het woonbeleid planmatig aansturen en gronden en panden kopen
Heel wat huizen en appartementen, vooral in het centrum, zijn vaak verouderd en slecht geïsoleerd. De energie vliegt letterlijk door ramen en deuren naar buiten. Heel wat gezinnen in zo’n woning hebben niet voldoende middelen om de nodige renovatie- en isolatiewerken te doen. Zij zitten vast in een spiraal: de energiefacturen stijgen en dus moeten ze dringend renoveren, maar door de hogere gezinsuitgaven en gestegen bouwprijzen moeten ze de renovatiewerken uitstellen. En wat doet de overheid? Het verplicht diezelfde gezinnen om hun woning te isoleren en dreigt met boetes als ze dat niet doen. Alsof zwaaien met een boete ervoor zorgt dat mensen plots wel geld gaan vinden om te renoveren.
We gaan dan met de Diestse Woonunie planmatig aan het werk: wijk per wijk, straat per straat, isoleren we de huizen. Zo moet maar één aannemer per wijk gevonden worden, moeten de werfkosten maar één keer betaald worden, verliezen de bouwvakkers geen tijd door van de ene werf naar de andere te rijden en is er maar één keer overlast voor de bewoners. Daarbij kunnen nog andere collectiviteitswinsten geboekt worden omdat groepsaankopen voor bouwmaterialen mogelijk zijn.
De eerste renovaties gebeuren niet bij wie het kan betalen, maar waar de nood het hoogst is. Met warmtescans van de daken en muren brengen we samen met de gemeenten de isolatiestand van de huizen op hun grondgebied in kaart. De slechtst geïsoleerde buurten zijn het eerst aan de beurt.
Zodra de werken zijn uitgevoerd, daalt natuurlijk de energiefactuur van de gezinnen. Die besparing wordt gedeeltelijk gebruikt als afbetaling van de werken aan de openbare bank. Wat nog overblijft, ontvangen de gezinnen als besparing op hun energiefactuur. Win-win-win. Door de aflossing te koppelen aan de energiemeter, verandert de afbetaling mee van eigenaar wanneer de woning wordt verkocht of geërfd. Dat zorgt ervoor dat ook huurwoningen worden geïsoleerd. De eigenaar moet niets extra betalen, en de huurder woont in een geïsoleerde woning. Zo gaan we van een individuele renovatieplicht, naar het recht op een gerenoveerde woning voor iedereen.
Drie. Kwaliteitsvolle en betaalbare huurwoning
- Wij willen dat de Vlaamse regering een raster van huurprijzen opstelt en met dat raster de huurprijzen begrenst aan de hand van objectieve criteria, zoals de kwaliteit van de woning en het aantal kamers
- In afwachting van een huurprijzenraster van de Vlaamse regering, stellen we als stad zelf een raster van huurprijzen beschikbaar. De stad promoot dit raster actief voor de verhuringen op haar grondgebied
- Er komen extra woontoezichters om het aantal controles op te drijven
Visie
Wij willen dat de Vlaams regering een raster van huurprijzen opstelt en met dat raster de huurprijzen begrenst aan de hand van objectieve criteria, zoals de kwaliteit van de woning en het aantal kamers. In afwachting van een huurprijzenraster van de Vlaamse regering, stellen we als stad zelf een D-raster op. De stad promoot dit raster actief voor de verhuringen op haar grondgebied. We leggen een conformiteitsattest op voor elke huurwoning. Zoals elk voertuig op de weg, krijgt ook elk verhuurd pand controle op de kwaliteit. Als stad beheren we zelf een website met alle woningen die te huur zijn. Met kwaliteitslabel en met vermelding van de huurprijs. Woningen die niet voldoen, worden geregistreerd als ongeschikt of onbewoonbaar. De heffingen op ongeschikte of onbewoonbare woningen worden verhoogd, en ook effectief geïnd.
Vier. Een ambitieus beleid voor moderne sociale woningen
- Diest moet voldoen aan het minimum van 15% sociale woningen. Het tempo waarop sociale woningen worden gebouwd moet daarvoor omhoog
- In grote bouwprojecten zorgen we voor minstens één derde sociale woningen. Dat leggen we vast in een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening
- We pakken de leegstand van sociale woningen aan
- De kwaliteit van sociale woningen moet omhoog: zowel bij de bouw, maar vooral bij het onderhoud van de woningen
- De communicatie tussen de sociale huisvestingsmaatschappij Kanvaz en haar bewoners moet beter
Visie
Het sociale woonbeleid hinkt de laatste jaren alsmaar verder achter. De wachtlijsten nemen toe. De afgelopen 4 jaar kwamen er 500 extra mensen bij op de wachtlijsten ofwel een stijging van 20%. Tegelijk onderneemt de stad geen initiatief om deze wachtlijsten weg te werken. Het aantal nieuwe sociale woningen is gestagneerd en het aantal leegstaande woningen is toegenomen. Het is hoogtijd om een nieuw ambitieus plan voor te leggen.
Met de sociale huisvestingsmaatschappijen en de gemeentelijke wooncoöperatie zorgen we voor meer sociale huurwoningen. Bij nieuwbouwprojecten waarvan de stad partner is, leggen we een minimum van een derde sociale huurwoning op. Wie slecht woont, wordt door de ongezonde woonomstandigheden sneller ziek. Gezinnen die in een te kleine ruimte wonen, hebben meer stress. En meer werkverzuim, omdat ziektes sneller worden doorgegeven. Omdat kinderen daar niet rustig kunnen studeren, is er ook meer schooluitval. Allemaal kosten waar je als samenleving op bespaart indien je investeert in fatsoenlijke woningen voor iedereen.
Belangrijk daarbij is dat de negatieve kijk op sociale huisvesting doorbroken wordt. Ze mag niet langer gezien worden als iets wat bestemd is voor het “overschot” van de samenleving. Sociaal wonen moet een bredere invulling krijgen, zoals dat in het verleden overigens ook het geval was. In 1961, toen voor het eerst inkomensgrenzen voor de sociale huisvesting werden vastgelegd, kwam 60% van de bevolking in aanmerking voor een sociale woning.
We kunnen ons laten inspireren door de SMART-woningen in Wenen. Daar wordt bewust gekozen voor compacte, goedkope huisvesting. De inrichting van de SMART-woningen is modulair. Ze kan wijzigen als de gezinssituatie wijzigt. De oppervlakte van elke wooneenheid wordt optimaal benut. Er is een groot terras voor alle wooneenheden, er zijn gezamenlijke voorzieningen zoals fietsenstallingen, groene zones, een extra aparte leefruimte en keuken voor familiefeestjes. De SMART-woningen hebben een minimale ecologische voetafdruk. Sociale duurzaamheid, moderne architectuur, ecologie en betaalbaarheid zijn de kernelementen. De woningen zijn bestemd voor groepen met de hoogste woningnood: eenoudergezinnen, ouderen, alleenstaanden.
Betaalbaar wonen, dat zou een prestigeproject moeten zijn! Daar hebben we een ambitieus plan voor nodig. Een plan met drie pijlers: (1) een actieve stedelijke vastgoedpolitiek met een ambitieus plan voor moderne sociale huisvesting (2) een wooncode op de private huurmarkt, met een objectieve huurprijsbepaling en een woon keuringslabel, (3) een ambitieus beleid voor moderne sociale woningen.