Stadsprogramma Diest 2024
Partij voor een stad op mensenmaat
EEN PARTIJ ALS GEEN ANDER
De PVDA zit op dit moment nog niet in de gemeenteraad, maar wij willen de vernieuwende stem zijn in onze stad, de “New Kids in town.” We zijn nu al een stem waarmee rekening moet worden gehouden, dat kan niemand ontkennen. En dat heeft alles te maken met onze manier van werken. Door acties van onderuit bepalen wij mee het debat. Toen het provinciebestuur aankondigde dat ze de Halve Maan wou sluiten, lanceerden we een petitie die snel duizenden handtekeningen telde. Het provinciebestuur stelde uiteindelijk haar beslissing uit. Wij lanceerden als enige partij een petitie tegen het betalend parkeren aan het station en voerden actie aan de gemeenteraad tegen het pendelabonnement. Tijdens de coronacrisis organiseerden we een speelgoedinzameling voor kinderen uit kwetsbare gezinnen. We maakten 200 kinderen gelukkig met speelgoed geschonken door vele Diestenaars. Voor ons geen woorden, maar daden. Wij staan altijd aan jouw kant.
Als we in de gemeenteraad zitten, zetten wij die strijd voort. Wij zeggen niet: ‘stem op ons, wij zullen het wel even voor jou veranderen’, wij zeggen: ‘stem op ons, maar organiseer je vooral ook samen met ons’. In de gemeenteraad willen wij de spreekbuis zijn van de verzuchtingen op de straat. Daar willen we de vinger aan de pols houden, de luis in de pels zijn, maar vooral de strijd van onderuit versterken. Bij de PVDA noemen we dat: straat-raad-straat. Met een luisterend oor pikken we problemen op in de wijken (straat). Die brengen we dan op de gemeenteraad (raad). Dat debat koppelen we dan opnieuw terug naar de wijk (straat). En samen met de mensen op straat dwingen we verandering af. Democratie dat is een werkwoord. Dat is op elk moment samen met de mensen zaken proberen veranderen.
PARTIJ VOOR EEN STAD OP MENSENMAAT
Wij willen geen gerommel in de neoliberale marge, wij willen een stedelijke revolutie. Wij kiezen partij voor een stad op mensenmaat, een stad die niet te koop is aan de hoogste bieder, maar die zich organiseert en werkt voor de noden van haar inwoners. Wij kiezen partij voor een stad die niet palavert over welke privépartner ons zwembad duurder mag maken, maar die ontspanning toegankelijk wilt houden voor iedereen.
Wij kiezen partij voor een stad waar armoede geen kans meer krijgt, een stad die echt een einde maakt aan de schandvlek dat één op de zes kinderen moet opgroeien in kansarmoede. Wij kiezen partij voor een stad waar iedereen meetelt, zonder tweederangsburgers, zonder angst, zonder racisme en zonder verdeeldheid.
Wij kiezen partij voor een klimaatneutrale stad die gaat voor een duurzame toekomst. Wij kiezen partij voor een stad die parkeren voor pendelaars geen dure grap maakt en resoluut kiest zoveel mogelijk mensen op het openbaar vervoer te krijgen.
Wij willen geen komma’s veranderen, wij willen de stad veranderen. Wij zijn niet bezig met de postjes en de macht verdelen. Wij zijn niet bezig over wie met wie, en wie niet met wie. Wij zijn bezig met onze stadsvisie. Om ons stadsprogramma te maken, hebben wij de Grote Bevraging georganiseerd bij 500 Diestenaars, in een van de grootste enquêtes die ooit in de stad werden georganiseerd. Wij toetsen ons programma, we betrekken de mensen: dat is ons DNA. Er is geen enkele partij die dat doet zoals wij.
STEDEN OP MENSENMAAT VERSUS STEDEN OP CENTENMAAT
De stad staat niet buiten de samenleving, ze is geen neutrale plek. Werkzoekenden die opgejaagd worden, langdurig zieken die men onder de armoedegrens drijft, gepensioneerden die het almaar moeilijker krijgen… het zijn maatregelen van de federale regering, maar je voelt ze allemaal in de stad. Dat geldt ook voor de besparingen van de Vlaamse regering bij De Lijn – alles staat stil. Maar ook bij de sociale woningbouw, in het onderwijs, in de cultuur...
Een stedelijk alternatief bieden kan maar binnen een breder kader, als je ook een maatschappelijk alternatief biedt, want een stad kan niet alle problemen oplossen. De stad staat niet buiten de samenleving en dat zien we ook in de manier waarop steden meer en meer worden ingevuld. De neoliberale visie dringt meer en meer de stad binnen. Steden zijn in volle groei, dat zien we ook in Diest met haar 25000 inwoners. Maar de manier waarop je zo’n stad invult, kan nogal verschillen. En onze visie op die stad, die verschilt heel wat van die van andere partijen.
Steden worden meer en meer plaatsen van concurrentie, ze worden tegen elkaar uitgespeeld en de marktvisie komt overal op, ook in Diest. Deze marktvisie maakt van onze stad een winkel waar projectontwikkelaars en kapitaalkrachtigen erfgoed en sportinfrastructuur kunnen kopen.
Voor de Citadel en het begijnhof lonkt men naar grote investeerders die commercieel gewin kunnen halen uit ons erfgoed. De Warande moet mee worden uitgebaat door een private speler die de winsten binnenhaalt en de kosten naar de Diestenaar doorschuift. We hebben wel een schepen voor city-marketing, maar geen schepen voor armoedebestrijding.
Zij zullen zogezegd de steden doen bloeien! Zij zullen via prestigieuze ontwikkeling een nieuwe ‘betere middenklasse’ aantrekken en hordes toeristen weten te lokken.
De logica is die van de trickle down geography: de rijkdom zal wel doorsijpelen. Maar niets is minder waar. Het succes sijpelt niet door naar alle burgers, het komt alleen de toplaag ten goede. Rijk wordt opnieuw rijker, arm wordt armer. En de allerarmsten worden verder naar de slechtste huizen in de stad gedreven.
Het is hoog tijd dat een stad opnieuw beschouwd wordt als een stad, en niet als een marketingtool. Een stad is een plaats waar mensen samen wonen, samen leven, samen werken, zich samen ontspannen. Het woord gemeente komt niet toevallig van ‘gemeenschappelijkheid’. In het Frans is een gemeente ‘une commune’ en niet ‘un supermarché’. Een stadsbestuur moet zorgen dat alle stadsbewoners goed kunnen wonen, goed kunnen leven, zich goed kunnen verplaatsen en ontspannen. De noden van de stadsbewoners moeten centraal staan, dáár moet een stadsbestuur voor zorgen.
De neoliberalen hebben de stad gekaapt. Zij waarderen de stad op, maar hun stad is van beton. Het is hoog tijd dat we de mensen wat meer waarderen. Alle Diestenaars hebben recht op de stad, niet alleen die met een dikke portefeuille. En daarvoor heb je een visie nodig, een totaal andere visie, een publieke visie.
We moeten het niet onder stoelen of banken steken: er zijn twee visies op de stad die lijnrecht tegenover elkaar staan. Een commerciële visie die vertrekt van beton en privé. En een publieke visie die vertrekt van de mensen en van een rechtvaardige fiscaliteit. Dát is de echte inzet van de verkiezingen. Wat is de beste stadsvisie voor de eenentwintigste eeuw: de kant kiezen van de projectontwikkelaars en het grote geld of de kant van de gewone Diestenaar?
Wij kiezen alvast partij. Wij staan altijd aan jouw kant.
DE COMMERCIËLE BEDRIJFSLOGICA VERVANGT DE DIENSTVERLENING
Het stadsbestuur geeft meer en meer de sleutels tot verandering uit handen. Erfgoed en panden worden verkocht aan projectontwikkelaars, er wordt meer en meer een beroep gedaan op de privé, op publiek-private projecten. Denk maar aan het plan om de Warande uit te besteden of de verkoop van de Infirmerie in Park Cerkel. Of het pendelabonnement om te parkeren op de Turnhoutsebaan of de Leopoldlaan, waar Apcoa als parkeerbedrijf aan zal verdienen. ‘Een partner van de stad’ wordt dat mooi genoemd, Privaat-Publieke-Samenwerking heet dat. Maar het zorgt er enkel voor dat de greep van de privé op onze stad groter en groter wordt, en dat met alle gevolgen van dien voor de dienstverlening. Deze bedrijfslogica vertrekt niet van behoeften van mensen, maar van cijfers en commerciële strategieën.
De sociale visie op de stad, de stad op mensenmaat, wil diensten toegankelijk maken voor iedereen, de sociaal zwaksten beschermen en collectieve voorzieningen uitbouwen die aan iedereen ten goede kunnen komen. De commerciële, liberale visie op de stad, de stad op centenmaat, werkt voor wie het kan betalen en vindt dat er voor de anderen alleen maar een minimale dienstverlening moet zijn.
WIJ WILLEN INTEGRALE WIJKEN
Het recht op wonen, gezondheidszorg, onderwijs, werk, cultuur, inspraak en publieke ruimte, samen is dat het integrale ‘recht op de stad’.
Wij willen het weefsel van geld en prestige weer vervangen zien door een sociaal weefsel. Wij verdedigen de stadsvernieuwing en herwaardering vanuit een publieke logica. We pleiten voor een integrale hernieuwing. Dat wil zeggen dat er naast de ruimte, met groen en pleinen, vooral op de mensen ingezet wordt. Een integrale wijk is een wijk waar wonen betaalbaar is, waar gezondheidszorg toegankelijk en betaalbaar is, waar onderwijs toegankelijk, betaalbaar en degelijk is. Met voldoende publieke voorzieningen dicht bij de mensen: bibliotheken, zwembaden, kinderopvang, speelpleinen, sportinfrastructuur, cultuur, groenonderhoud… Waar buurtwerk is, waar nutsvoorzieiningen zoals containerparken gratis blijven, waar het recht op betaalbare mobiliteit beschikbaar is en waar ook opnieuw post- en bankkantoren zijn.